Podiumvrees

Gepost op 6 februari 2020 door Katja in Schrijfsels / 0 Comments

Workshop geven in Almere, februari 2020

Kan je het je voorstellen. Dat moment wanneer iedereen je aankijkt. Zweten, een rood hoofd, stotteren en wat niet meer?

Het is tijd om te gaan presenteren. Buikpijn. Je hoort de mensen binnenkomen. Zweten. Je begint. Hakkelde je nu daar over je eigen woorden? Rood hoofd.
Als het even kon wilde ik niet presenteren. Op school deed ik tijdens groepsprojecten het meeste werk, zodat ik tijdens de presentatie minder hoefde te doen. Pff, en toen kregen we ook nog eens het vak drama op de middelbare school. Ik had daar dus echte even geen zin in!

Ik was het verlegen meisje achterin de klas. Zei alleen wat als haar wat werd gevraagd of als participatie een cijfer opleverde. Ik zag ten eerste het nut niet en ten tweede was het gewoon echt niet mijn ding. Al die ogen. Nee, alsjeblieft zeg. Dan ook nog het vak drama krijgen, dat vond ik echt de hel.

Nouja, dat vond ik tot dat… We moesten solo’s uitvoeren. Je eigen personage, je eigen scene. De lichten gingen uit, spot aan. Ik zag niemands gezicht. Ik voelde een rust op me neerkomen. Ja, ik begreep dat ze mij nog wel konden zien. Maar toch voelde het alsof er bij mij een andere knop aan werd gezet. Ik was het personage. Niet mezelf. Ik was een ander persoon. Mijn zachte stem werd harder. Ik rechtte mijn schouders, borst naar voren en ik zei mijn eigen gemaakte tekst zonder moeite.

Na het applaus werd ik weer het verlegen meisje. Ik ging terug naar mijn plek voordat de docent nog iets kon zeggen. Wat balen. Hoe zou ik dat anders kunnen doen? Hoe word ik de persoon onder spotlight ook wanneer die niet op mij is gericht? Maar dan wel zonder mezelf te verliezen als persoon? Ik wist niet hoe. Totdat een docent van mij me benaderde om op te treden met mijn eigen gedicht.

De docent zag het als een kans om mijn werk naar een groter publiek te brengen. Ik zag het als een kans om mijn angst te overwinnen. Podiumvrees. Daar ging ik dan. Met het meest persoonlijke proza die ik tot de dag van vandaag heb geschreven stond ik voor een groep vol mensen. Het was anders deze keer. Een jury voor mijn neus die niet alleen mijn presentatie zouden beoordelen, maar ook mijn werk. Ik merkte dat ik trilde. Ik hield de lessenaar nog steviger vast al merkte ik dat mijn handen enorm aan het zweten waren.

Terwijl ik mijn ogen sloot, voelde ik de rust. Het was oké. Wat er ook zou gaan gebeuren. Ik sta hier en dat moment pakt niemand meer van mij af. Adem in. Adem uit. Wie had verwacht dat ik diezelfde dag nog op een podium stond van de Noorderpoort? Deze keer niet voor 100 man, maar voor 1000 mensen. Wie had gedacht dat ik een aantal maanden na dat optreden als acteur zou werken?
Wie had het voorzien dat presenteren nu een groot onderdeel is geworden van mijn leven binnen mijn huidige bedrijf?

Afgelopen weekend gaf ik een workshop. Ik zag de zaal, mijn presentatie geprojecteerd en ik voelde me volledig kalm. Niet meer zenuwachtig of buikpijn, maar met enorm veel energie. Wie mij 8 jaar geleden zou hebben verteld dat presenteren onderdeel van mijn werk zou zijn, dan zou ik tegen diegene zeggen dat het bij een droom zal blijven.
Echter heb ik mezelf gepusht de afgelopen jaren om hier te komen. Steeds een stap verder. Ik wilde het niet bij dromen laten. Ik wist dat ik de persoon op het podium ook diep van binnen was. Mijn stem is inmiddels net zo helder in het dagelijks leven als wanneer ik presenteer. Schouders recht en met een stevig past vooruit. En dat zonder de spotlight.

Liefs,

Tags: , ,


Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.